Gelden voor dronken vrachtwagenchauffeurs andere regels dan voor gewone automobilisten?
D
Een principiële vraag die de Raad van State beantwoordt in drie verschillende zaken. Het gaat in alledrie de gevallen om truckers die met een slok te veel op zijn gepakt. Ze mogen van het Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen (CBR) alleen hun rijbewijs houden als ze met een alcoholslot rijden. Dat is een probleem voor hen, want van de wet mag zo'n slot niet in een vrachtwagen ingebouwd worden. Gevolg: chauffeurs kunnen feitelijk minstens twee jaar niet werken. De Nederlandse rechters zijn verdeeld over de vraag of dit een te zware straf is. Twee truckers vingen in hoger beroep bot. Ze mogen niet meer in de vrachtwagen plaatsnemen. De derde chauffeur, een man uit het Noord-Hollandse Wormerveer, mag van de rechtbank in Haarlem echter wél weer rijden. Mensen met een vrachtwagen- of busrijbewijs worden extra hard geraakt, terwijl bijvoorbeeld de koerier die in een busje rondrijdt wél gewoon z'n baan kan houden met een alcoholslot, redeneert die rechter. Verplicht De mogelijkheid een alcoholslot te verplichten, bestaat sinds eind 2011. Alleen bestuurders die gepakt zijn met 1,3 tot maximaal 1,8 promille alcohol in hun bloed komen in aanmerking voor de regeling, die voorkomt dat ze hun rijbewijs helemaal kwijtraken. Voor jonge onervaren bestuurders is de ondergrens 1,0 promille. Inmiddels hebben bijna zevenduizend mensen een aantekening op hun rijbewijs dat ze alleen nog met een alcoholslot mogen rijden. Bijna drieduizend van hen lieten ook werkelijk zo'n slot inbouwen. Een fikse investering. De kosten kunnen oplopen tot 4000 euro in twee jaar. En daar kan nog een straf van de rechter bovenop komen. Want hoewel de drinkende automobilist het slot als een straf zal ervaren, volgens de letter van de wet ís het dat niet. Het is een 'maatregel' die het CBR zonder tussenkomst van de rechter op kan leggen. Deze week bleek echter dat rechters verbolgen zijn over die gang van zaken. Het CBR houdt bij het opleggen van de maatregel geen rekening met de vraag of iemand het rijbewijs nodig heeft voor het werk, stellen de rechters, die door deze gang van zaken geneigd zijn mildere straffen op te leggen. Het openbaar ministerie werd in een zaak zelfs niet-ontvankelijk verklaard, omdat het alcoholslot al buiten de rechter om verplicht was gesteld. De kwestie van de trucker uit Wormerveer die wél mag blijven rijden, was voor het CBR aanleiding om naar de Raad van State te stappen. Dit bestuursrechtsorgaan behandelde de zaak op dezelfde dag als de kwestie van de twee andere truckers die niet meer in de vrachtwagen mochten stappen. Vandaag volgt zodoende in alledrie de kwesties uitspraak. Gevolgen Een oordeel dat grote gevolgen kan hebben. Niet alleen voor truckers, maar mogelijk ook voor de 'gewone' automobilist die met een slok op wordt gepakt. Tenminste, als de Raad van State zich principieel opstelt en meteen de vraag beantwoordt of het CBR wel in de schoenen van de rechter mag staan. Gebeurt dat vandaag niet, dan is het een kwestie van tijd voordat die vraag alsnog aan de Raad van State wordt voorgelegd. Uitslag Intrekken rijbewijs van dronken truckers mag Den Haag Als een vrachtwagenchauffeur buiten werkuren dronken achter het stuur van een auto zit, mag het vrachtwagenrijbewijs tijdelijk ongeldig worden verklaard. Het inkomen van truckers is afhankelijk van dat C-rijbewijs, maar de straf is 'niet onevenredig zwaar', bepaalde de Raad van State gisteren. De straf maakt deel uit van het zogeheten alcoholslotprogramma. Betrapte vrachtwagenchauffeurs moeten een alcoholslot in hun gewone auto laten inbouwen en raken hun vrachtwagenrijbewijs voor ten minste twee jaar kwijt. Volgens de Raad van State is het programma een geschikte manier om de veiligheid in het verkeer te vergroten. Van beroepschauffeurs mag 'een bijzonder verantwoordelijkheidsgevoel worden verwacht', vindt de hoogste bestuursrechter van Nederland. Het Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen had de rijbewijzen van drie vrachtwagenchauffeurs ingetrokken. Ze stapten naar de rechter. Een van hen werd in het gelijk gesteld, de andere twee juist niet.